Baas, Bevel en Bouta: zo werd de Surinaamse oud-president Desiré Delano Bouterse in de volksmond genoemd. Surinaamse media meldden vanochtend zijn overlijden. Sommigen zullen Bouterse herinneren als een volksheld, anderen vooral als een dictator, moordenaar en drugsdealer.
De laatste jaren was de oud-president vooral in het nieuws vanwege de vervolging voor zijn rol bij de Decembermoorden in 1982. Op 7 en 8 december van dat jaar werden vijftien politieke tegenstanders van het regime van Bouterse doodgeschoten in Fort Zeelandia.
In het hoger beroep over de Decembermoorden kreeg Bouterse vorig jaar twintig jaar gevangenisstraf. Sindsdien was hij voortvluchtig. Het is nog niet duidelijk waar hij zich het afgelopen jaar had verborgen.
Partijgenoten van Bouterse kwamen bij het huis van Bouterse bijeen:
Bouterse, met inheemse en Zeeuwse voorouders, werd een paar maanden na de Tweede Wereldoorlog geboren en groeide op in Suriname. Vanaf 1968 volgde hij zijn militaire opleiding in Nederland, het land waarmee hij later een moeilijke relatie onderhield. Hij keerde vlak voor de Surinaamse onafhankelijkheid van 1975 terug om zijn land te dienen als beroepsmilitair.
Sergeant Bouterse stoorde zich aan de manier waarop de regering van Henck Arron het land bestuurde na de onafhankelijkheid. Samen met vijftien andere militairen pleegde hij in 1980 een staatsgreep. Hij kreeg aanvankelijk het voordeel van de twijfel, ook van de Nederlandse regering.
Maar toen verkiezingen uitbleven, zwol de kritiek aan. Er klonken steeds meer negatieve geluiden over de sterke repressie en het gebrek aan democratische stappen. Bouterse was niet gediend van die kritiek.
Vooral de acties van vakbondsleider Cyriel Daal, wekten zijn woede. In de nacht van 7 op 8 december 1982 werd Daal opgepakt samen met vijftien andere mannen: journalisten, advocaten, en een andere vakbondsleider, Fred Derby.
In Fort Zeelandia werden ze bijna allemaal gemarteld en vermoord. Volgens de militairen wilden de mannen een tegencoup plegen en zijn ze op de vlucht neergeschoten.
Derby was de enige overlevende van de Decembermoorden. Zijn verklaring vormde later een belangrijk en doorslaggevend bewijsstuk in de rechtszaak tegen Bouterse, die pas in 2007 begon en eind 2019 tot een veroordeling leidde van 20 jaar.
In de jaren na de moorden werd er weer langzaam werk gemaakt van democratiseringen. De voormalige persoonlijke lijfwacht van Bouterse, Ronnie Brunswijk, keerde zich van hem af. Tussen 1986 en 1992 voerden de twee een bloedige strijd tegen elkaar. Tientallen mensen kwamen om het leven.
Bouterses militaire regime werd steeds meer door de bevolking verguisd vanwege de economische neergang en het tekort aan voedsel. Pas in 1988 kwam er een einde aan de dictatuur. Maar achter de schermen bleef Bouterse actief en invloedrijk.
Eind jaren 90 werd Bouterse in Nederland berecht en bij verstek veroordeeld voor betrokkenheid bij een drugstransport. De basis van die veroordeling bleek later niet geheel onomstreden. Advocaat Inez Weski diende tevergeefs meerdere herzieningsverzoeken in bij de Hoge Raad, omdat de kroongetuige zou zijn omgekocht door de Nederlandse regering.
De term drugsbaas bleef aan hem kleven. Al was het maar omdat zijn zoon Dino zowel in Paramaribo als in de Verenigde Staten achter de tralies belandde wegens drugs en wapenhandel. Bouterse senior leek het allemaal niet te deren. Hij zei dat politiek Den Haag hem uit de weg wilde ruimen. De relatie met Nederland bleef moeizaam.
Opnieuw president
Via de democratische weg lukte het Bouterse om opnieuw aan de macht te komen. Zijn charisma en multi-etnische partij - wars van buitenlandse bemoeienis - werkte aanstekelijk op de jonge bevolking van Suriname. In 2010 stemde een ruime meerderheid voor zijn Nationale Democratische Partij.
De droom van Bouterse om de grote volksleider te worden, kwam uit en de economische wind waaide gunstig in die jaren. De regering Bouterse gaf veel geld uit aan sociale projecten en in 2015 werd hij herkozen.
Maar niet lang daarna werden de scheuren in zijn beleid zichtbaar. De inkomsten van de regering daalden flink door de lage grondstofprijzen. De staatskas bleek vrijwel leeg en corruptie vierde ondanks de beloftes van Bouterse hoogtij. De regering leende exorbitante bedragen.
Ondertussen begon de bevolking te morren. De lage inkomens beleefden moeilijke tijden en ook de middenklasse kampte met grote tegenslag.
Veroordeling Decembermoorden
Ook de Decembermoorden bleven Bouterse achtervolgen. Ondanks diverse pogingen om het proces stil te zetten, kwam de openbaar aanklager met een zware strafeis tegen Bouterse: twintig jaar cel. Op 20 december vorig jaar werd hij door de rechter definitief veroordeeld tot deze gevangenisstraf. Dat was een overwinning voor de nabestaanden van slachtoffers van de Decembermoorden, en een smet op het blazoen van Bouterse.
De oud-president moest zich op 12 januari van dit jaar melden bij de gevangenis, maar deed dat niet. Sindsdien was hij voortvluchtig. De autoriteiten konden hem niet opsporen en er gingen geruchten dat Bouterse in de jungle van Suriname zat. Er waren ook verhalen dat hij gewoon thuis zat. Vandaag werd dus bekend dat hij is overleden. Waar hij is gestorven en wanneer is nog niet bekend.
Kort na de eerste berichten over zijn overlijden verzamelden zich vandaag veel mensen bij het partijkantoor en bij de woning van Bouterse. Veel mensen toonden zich geëmotioneerd.
Daaruit bleek opnieuw hoe verdeeld de Surinaamse bevolking is over de oud-president en legerleider. Voor sommigen is hij nog steeds een volksheld die Suriname tot grote hoogte bracht. Maar voor anderen is hij voorgoed het gezicht van de Decembermoorden, de zwarte pagina in de Surinaamse geschiedenis.