Een groot deel van de Nederlandse kiezers heeft weinig vertrouwen in de politiek. Ook verwachten ze niet dat het na de komende verkiezingen beter wordt. Dat blijkt uit een Prinsjesdagonderzoek van Ipsos I&O in opdracht van de NOS.
Het vertrouwen in de landelijke politiek is na een opleving een jaar geleden weer terug op het gemiddelde niveau van de laatste jaren: 29 procent heeft een beetje tot veel vertrouwen in de politiek, 68 procent weinig tot zeer weinig.
De oorzaak van het wantrouwen ligt er vooral in dat de politiek niet samenwerkt, niets oplost en veel met zichzelf bezig is, zo blijkt uit het onderzoek. Bijna driekwart van de ondervraagden, verdeeld over alle partijen, denkt er zo over.
Kiezers zijn ook niet tevreden over het beleid op het gebied van asiel en migratie (68 procent), de woningmarkt (64 procent) en de gezondheidszorg (53 procent). Onder de kiezers van PVV (87 procent) en JA21 (92 procent) is de onvrede over immigratie en asiel het grootst.
Verdeeldheid
Vorig jaar, toen het kabinet van PVV, VVD, BBB en NSC net was aangetreden, had 44 procent nog vertrouwen in de politiek. Het vertrouwen nam toen vooral sterk toe onder lager en middelbaar opgeleiden, zegt onderzoeker Asher van der Schelde van Ipsos I&O.
"Deze groepen stemmen bovengemiddeld vaak PVV en BBB. Met het aantreden van het kabinet-Schoof hoopten zij dat hun belangen beter bediend zouden worden. Dat is niet gelukt, waardoor het vertrouwen ook onder deze groepen weer terug is op het niveau van voor de voorgaande verkiezingen", aldus Van der Schelde.
Onder de aanhang van de PVV, de grootste partij in de Tweede Kamer, daalde het vertrouwen van 50 naar 14 procent. Onder BBB-kiezers ging dit van 57 naar 13 procent. VVD'ers zijn nog het positiefst: onder hen daalde het vertrouwen van 73 naar 53 procent. Ook is er relatief veel vertrouwen in de politiek bij kiezers van D66 (51 procent) en GroenLinks-PvdA (50 procent).
De NSC-aanhang, waarvan vorig jaar nog 55 procent vertrouwen had in de politiek, is grotendeels verdwenen. Deze partij krijgt ook in de peilingen geen of vrijwel geen zetels meer.
In een peiling van RTL eind augustus, vijf dagen na het vertrek van NSC uit het al gevallen kabinet, had slechts 4 procent van de ondervraagden nog vertrouwen in de politiek. Ipsos I&O heeft geen verklaring voor het verschil met deze peiling. RTL werkt met een eigen panel.
Weinig optimisme over de economie
Als het gaat over verkiezingsthema's, dan zijn de ondervraagden voornamelijk somber over de economie. Gevraagd naar hoe Nederland er over een jaar economisch voorstaat, verwacht 44 procent dat het minder zal gaan. Slechts 7 procent voorziet een groei van de economie. De rest verwacht geen grote verandering of zegt het niet te weten.
Kiezers die een verslechtering van de economische situatie verwachten, komen vooral van de PVV (55 procent), BBB (52 procent) en SP (59 procent). Ook meer dan de helft van de minima (53 procent) is niet optimistisch, ondanks de uitgelekte verwachting van het kabinet dat de koopkracht met gemiddeld 1,3 procent stijgt.
Prinsjesdag live bij de NOS
Steun voor Oekraïne
Vergeleken met vorig jaar is de overtuiging dat Nederland Oekraïne moet blijven steunen sterker geworden. Dat percentage steeg van 58 naar 63. De steun voor het CDA-plan voor een belastingverhoging om extra defensie-uitgaven te kunnen doen, blijft steken op 31 procent. 38 procent is tegen zo'n verhoging.
Ook de zogenoemde spreidingswet, die regelt dat gemeenten naar rato asielzoekers moeten opvangen, leidt tot verdeeldheid. 32 procent vindt dat de wet moet worden ingetrokken, 45 procent is het er wel mee eens.
Rapportcijfer kabinet
Slechts 15 procent van de ondervraagden is tevreden over het demissionaire kabinet. Dat is hetzelfde als in april, toen het volledige kabinet-Schoof er nog zat. Kiezers vinden het kabinet niet stabiel genoeg. De val van het kabinet, tot twee keer toe, heeft daarop dus weinig invloed.
Demissionair premier Schoof, die bij 86 procent van de ondervraagden bekend is, krijgt als rapportcijfer gemiddeld een 5,1 en datzelfde cijfer krijgt ook minister Heinen van Financiën, die vanmiddag de Miljoenennota aanbiedt aan de Tweede Kamer. Heinen is bij 31 procent van de mensen bekend.
Slechts 18 procent verwacht dat de politiek na de Tweede Kamerverkiezingen van 29 oktober beter gaat functioneren. Kiezers van GroenLinks-PvdA, CDA en D66 zijn in die groep het sterkst vertegenwoordigd met gemiddeld 30 procent. 37 procent denkt dat dat zeker niet gebeurt. De overige 45 procent weet het niet, of is neutraal.
Verantwoording
Voor dit rapport deed Ipsos I&O online onderzoek onder een representatieve groep van 1115 Nederlanders van 18 jaar en ouder.
De gegevens werden verzameld van zaterdag 13 tot en met maandag 15 september.