China heeft de Britse premier Keir Starmer gewaarschuwd: als het VK geen toestemming geeft voor de bouw van een nieuwe Chinese 'superambassade' in Londen, zullen daar "consequenties" aan verbonden worden.
De Britse regering zou deze week groen licht geven voor het project, maar heeft het besluit uitgesteld tot december in verband met een spionageschandaal. China noemt het uitstel ongegrond en onrechtvaardig.
China wil zijn 'superambassade' vestigen in de Britse Royal Mint, een imposant en historisch gebouw naast de Tower of Londen van ruim 20.000 vierkante meter, aangekocht voor 225 miljoen pond. Als de vergunningen rond zijn, wordt het de grootste diplomatieke post van China in Europa.
Zorgen om spionage
Maar het project leidt tot felle discussies. Bronnen binnen de veiligheidsdiensten hebben gewaarschuwd dat er vanuit het pand flink gespioneerd zou kunnen worden. Het gaat dan met name om de kelder van het gebouw, omdat China in de verbouwingsplannen niet duidelijk maakt waarvoor die ruimte zal worden gebruikt.
Het gebouw staat bovenop kabels en netwerken die lopen naar het financiële hart van Londen, The City, waardoor communicatie eenvoudig zou kunnen worden afgetapt.
Prodemocratische activisten uit Hongkong zijn uit protest tegen de superambassade de straat opgegaan. Zij beschouwen de grootschalige plannen als onderdeel van de 'lange arm van China'. Ook de VS heeft de Britse regering gewaarschuwd voor mogelijke spionage.
Gevoelige informatie
De discussie rond de 'superambassade' valt samen met een spionageschandaal dat de Britse voorpagina's domineert. Twee Britten worden ervan verdacht als spion voor China te hebben gewerkt. Christopher Berry, een leraar die in China actief was, en Christopher Cash, een onderzoeker in het hart van het Britse parlement, zouden samen gevoelige informatie hebben doorgespeeld aan hoge Chinese functionarissen.
Berry werd op de luchthaven van Londen, na een reis naar China, aangehouden met een koffer vol contant geld. Hij zou meer dan dertig rapporten hebben geschreven voor Chinese contacten over de interne werking van het Britse parlement.
Dat leidde ook tot verdenkingen tegen zijn vriend Cash, die in Westminster onderzoek deed binnen een China-kritische groep naar beleid rond de toegang van Chinese bedrijven tot de Britse markt. De informatie die Cash en Berry verzamelden zou uiteindelijk zijn beland bij Cai Qi, de op vier na machtigste man van China en de onofficiële stafchef van president Xi Jinping.
'Banden met China belangrijker dan veiligheid'
De beschuldigingen tegen Cash en Berry, op basis van de Britse Official Secrets Act (de wet die spionage moet tegengaan en bestraffen) waren opzienbarend. Toch liet het Britse Openbaar Ministerie de zaak plotseling vallen vlak voordat het proces zou beginnen. Een onverwachte wending in een zaak waarin eerder nog voldoende bewijs leek te zijn om tot vervolging over te gaan.
Volgens de openbaar aanklagers werd de zaak stopgezet, omdat de bewijsdrempel niet langer werd gehaald. Dat kwam doordat de Britse regering niet wilde of kon bevestigen dat China op het moment van de mogelijke spionage juridisch als "vijand of bedreiging" werd beschouwd. En die markering is cruciaal voor vervolging onder de Official Secrets Act. De twee mannen, die altijd hebben gezegd onschuldig te zijn, waren van de ene op de andere dag vrij.
Dat leidde tot woedende reacties in het Lagerhuis, van zowel Labour-parlementariërs als leden van de oppositie die de regering van premier Starmer ervan beschuldigden de 'warme diplomatieke banden met China' belangrijker te vinden dan hun eigen nationale veiligheid.
'Beveiligingslek binnen overheid'
Afgelopen weekend gooide Dominic Cummings - de voormalige rechterhand en adviseur van oud-premier Boris Johnson, vaak omschreven als de kwade genius achter de Brexitcampagne - nog een extra handgranaat in het debat over de mogelijke Chinese spionage.
Cummings, die jarenlang in het machtscentrum van de politiek verkeerde, zegt dat er in 2020 een beveiligingslek was binnen de Britse overheid. Dat was nadat Chinese brievenbusfirma's een bedrijf hadden overgenomen dat de datacenters beheerde van verschillende overheidsdepartementen. Het ging daarbij om vertrouwelijke informatie, waaronder ook politie-informatie.
De toenmalige regering-Johnson heeft dat beveiligingslek onder het tapijt geveegd, stelt Cummings. Zijn beschuldigingen worden door de regering niet bevestigd, en ook niet tegengesproken.
De beslissing over de Chinese superambassade is uitgesteld in de hoop dat het debat over spionage afkoelt. Maar er volgen dagelijks nieuwe onthullingen, en met de volle aandacht van de Britse pers, kun je er op rekenen dat er nog wel wat lijken uit de kast gaan komen.