Duitse autofabrikanten en hun toeleveranciers, nog altijd de belangrijkste industrietak van het land, hebben het zwaar. En dat drukt de stemming in het land.
Om hoop te bieden houdt bondskanselier Merz vandaag een crisistop in het Kanzleramt. Daar klinkt opnieuw de roep van de Duitse autolobby om de Europese afspraken over het inperken van de CO2-uitstoot te versoepelen.
Juist op dat punt heeft de regering van Merz geen duidelijk antwoord.
Industrie glijdt weg
Om te zien hoe slecht het gaat met Duitse autobedrijven, volstaat een greep uit het nieuws. Bij VW, BMW en Mercedes-Benz stortte de winst in. In een jaar tijd zijn 51.500 banen verdwenen in de auto-industrie.
Volgens economisch instituut IW staan de komende vijf jaar nog eens 90.000 banen op de tocht. Zo maakte 's werelds grootste autotoeleverancier Bosch onlangs bekend 13.000 banen in Duitsland te schrappen.
Een groot probleem is dat de Duitse auto-industrie het sterk van de export moeten hebben, en juist daar kampt met toenemende concurrentie uit China toeneemt en hoge Amerikaanse handelstarieven.
Europees akkoord
Een manier om bedrijven meer lucht te geven, is volgens de industrie om Europese klimaatafspraken te versoepelen. In een gezamenlijke verklaring noemen de Duitse autobelangenvereniging en vakbond de klimaatdoelen in feite onhaalbaar.
Duitsland heeft er enkele jaren geleden in Brussel zelf mee ingestemd dat er vanaf 2035 in Europa geen nieuwe auto's meer verkocht mogen worden die CO2 uitstoten. Dat moet helpen om in 2050 klimaatneutraal te zijn, een doel dat Duitsland onderschrijft. Fabrikanten die niet aan de uitstooteisen voldoen moeten boetes betalen.
De Duitse instemming was toen al niet van harte. Op het laatste moment ging Duitsland bij de stemming alsnog dwarsliggen om een uitzondering voor 'e-fuels' te bedingen, wat tot irritatie leidde bij andere lidstaten.
Aus of niet aus
Nu komt er opnieuw verzet uit Duitsland. Merz wil zich in Brussel inzetten om het verbod van tafel te krijgen: een Aus vom Verbrenner-Aus. Maandag ontving de Europese Commissie een brief met een oproep tot een "onmiddellijke koerswissel voor de auto-industrie", ondertekend door de Italiaanse minister van Industrie en de Duitse minister van Economische Zaken, een CDU-partijgenoot van Merz.
Die brief was een verrassing voor regeringspartner SPD, waarvan de partijtop aan het Europees verbod wil vasthouden. Eveneens op maandag stelde de SPD-minister voor Milieu duidelijk dat het verbod moet blijven.
"De Duitse economische zwakte is, ook in de auto-industrie, niet veroorzaakt door te veel klimaatbescherming", stelde minister Schneider. "Integendeel: elektrisch rijden is de toekomst, en daar richt ook de industrie zich op. Om die omslag te maken zijn planningszekerheid nodig, en betrouwbare wettelijke voorwaarden."
'Geen stellingname'
Een gezamenlijk regeringsstandpunt over het Europees verbod bleef voor de crisistop van Merz uit. Op een persconferentie voorafgaand aan de bijeenkomst liet hij vooral weten op te staan voor wensen van de industrie.
"We presenteren geen kant-en-klare politieke stellingname, we willen met de auto-industrie praten om te horen wat we moeten doen om uit de zware crisis in Duitsland te komen", zei Merz. "Wat is daarvoor aan nationale en Europese wetgeving nodig?"
Wat de bondskanselier meer kan doen dan een luisterend oor bieden blijft onduidelijk, want Europese wetgeving heeft hij uiteraard niet zelf in de hand.
En dus kwam zijn regering vandaag eerst met hulpmaatregelen voor de binnenlandse markt die elektrisch rijden aantrekkelijker moeten maken. Minder dan een op de vijf nieuwe auto's die dit jaar in Duitsland verkocht zijn, is elektrisch. Daarmee lijken de eigen klimaatdoelen voorlopig onhaalbaar.
Om Duitse kopers die nu nog de kat uit de boom kijken over de streep te trekken, wordt de vrijstelling van motorrijtuigenbelasting voor elektrische auto's verlengd. Daarnaast moet het voor midden- en lage inkomens aantrekkelijker worden om op uitstootvrije auto's over te stappen, hoe precies is nog niet bekend.