Ondanks een verbod van de politie na nieuwe Hongaarse wetgeving, gaan de voorbereidingen voor de Boedapest Pride die voor morgen gepland staat in volle vaart door. Sterker nog, deelnemers denken dat het juist de grootste mars in de hoofdstad ooit kan worden.
In het cultuurcentrum Aurora leggen betogers de laatste hand aan hun protestborden en vlaggen. "Er komen hopelijk veel meer mensen", zegt Botond (25), die zelf biseksueel is. Hij helpt als vrijwilliger mee met de Pride en zit met een potlood in zijn hand over een vel papier gebogen. "Maar mensen zijn wel veel banger, en er staat veel meer op het spel."
Het verbod op de Pride-mars heeft tot boze reacties uit Europese hoofdsteden geleid en ervoor gezorgd dat demonstranten en hoogwaardigheidsbekleders uit alle hoeken van het continent meedoen. Vertegenwoordigers van ambassades en zeventig Europarlementariërs lopen mee. Ook burgemeester Halsema van Amsterdam en Tweede Kamerlid Dassen (Volt) zijn erbij.
'Antidemocratisch'
Namens de Nederlandse regering is demissionair staatssecretaris Paul van Emancipatie in Boedapest. Ze is bij verschillende kleinere Pride-evenementen aanwezig, maar of ze meedoet met de door de regering verboden mars, beslist ze pas zaterdagochtend omdat er tegenstrijdige lezingen zijn over of de mars mag doorgaan. Tijdens een toespraak in het stadhuis in de Hongaarse hoofdstad sprak ze zich wel uit tegen de "antidemocratische acties van de Hongaarse regering".
Volgens de progressieve burgemeester Karácsony van Boedapest is de mars een gemeente-evenement en mag die daarom gewoon doorgaan. Hij heeft zich sinds het verbod verder achter de organisatie van Pride geschaard. "We kunnen geen tweederangs- of derderangsburgers hebben in Hongarije", zei hij vrijdag tegen een zaal bomvol internationale journalisten.
Karácsony benadrukte dat het verbod past in een campagne die Orbán al 15 jaar voert tegen minderheden in Hongarije. Ook beloofde hij dat de gemeente ervoor zal zorgen dat niemand gevolgen zal ondervinden van deelname. Een dreigement van de regering dat hij opgepakt kan worden, lachte de burgemeester weg.
Tegendemonstratie
Orbán heeft er met het verbod voor gezorgd dat het lhbti-protest een Europese kwestie is geworden over de toekomst van een democratisch Hongarije. De premier benadrukte in een persconferentie vrijdag dat burgers zich moeten houden aan de wet, en dat het aan de politie is om in te grijpen of niet. In de tussentijd heeft een extreemrechtse groep ook een demonstratie aangekondigd langs de route van de Pride.
"We maken ons natuurlijk zorgen om lhbti-rechten", zegt vrijwilliger Botond in het cultuurcentrum. "Maar deze wetgeving zal gevolgen hebben voor iedereen die tegen de Hongaarse regering wil protesteren."
De wet kwam eerder dit jaar door het Hongaarse parlement. Daarin is vastgelegd dat de 'bescherming van kinderen' zwaarder weegt dan het recht om te demonstreren. De regering stelt lhbti-rechten gelijk aan pedofilie en zegt dat de Pride daarom niet door mag gaan.
Ook Blanka Rakos, die het cultuurcentrum runt, doet altijd mee aan Pride. Ze is met spuitbussen en tape bezig met haar vlag die ze bij de mars mee wil dragen. "Misschien voel je het als je geen lhbti'er bent niet nu meteen, maar onze rechten worden afgenomen en dat is een probleem voor iedereen."
Volle homobarren
Achter Blanka zit haar 9-jarige dochter op de grond. Met spuitbussen tekent ze regenboogvlaggen op kartonnen borden. Normaal mag ze altijd mee naar Pride. "Ik denk dat iedereen een plek verdient in de wereld, en dat is iets waar we voor moeten protesteren", zegt het meisje.
Maar dit jaar weet Blanka het niet zo goed. Omdat de regering specifiek zegt kinderen te willen beschermen tegen lhbti-uitingen, is ze toch bang voor de gevolgen. De politie zou bijvoorbeeld gezichtsherkenningstechnieken kunnen gebruiken, zegt ze. "Als ik dan met mijn dochter daar ben, kunnen ze misschien wel deze plek sluiten."
Ja, het verbod hakt er wel in, stelt Botond. Zeker bij de lhbti-gemeenschap. Veel vrienden en kennissen zijn door alle anti-lhbti-maatregelen naar het buitenland vertrokken of overwegen te emigreren. "Het is eng, al helemaal voor trans personen, om het doelwit te zijn van zoveel haat en propaganda van de regering."
Toch blijft hij optimistisch. Als hij uitgaat, zijn homobarren in Boedapest nog altijd vol en wordt er volop gedanst. "Ik heb er vertrouwen in dat we hier doorheen komen. We waren er altijd en zullen er altijd zijn."